Claudia LIEBELT e.a.Dit boek bevat een reeks artikelen over waarden en normen rondom schoonheid en met name over hoe bepaalde westerse en mannelijke schoonheidsidealen hele bevolkingsgroepen in een bepaalde richting sturen.
Het is een verzameling artikelen van wisselend kwaliteit. Het taalgebruik is bij tijden ergerlijk postmodern. Het gaat bijvoorbeeld over "gendered and racialized bodies". Dat zijn van die op Foucault geïnspireerde abstracties. Praten over lichamen in plaats van over mensen, ik vind het geen goed idee, maar veel feministes in de academische wereld zijn er gek op.
Uiteraard spelen waarden en normen een rol als het om het uiterlijk van mensen gaat. Het wonderlijke is dat de inleider onderscheid maakt tussen schoonheidsidealen (waaraan volgens Libelt toch niemand kan voldoen en die "dus" niets opleggen) en normen voor schoonheid (die mensen wel opleggen dat ze aan die norm moeten voldoen). Alsof een ideaal niet gebaseerd is op waarden en normen. Alsof normen voor hoe je er concreet uit hoort te zien niet voortkomen uit algemener idealen voor hoe je er uit hoort te zien.
Hier wordt weer eens benadrukt hoe schoonheidsidealen worden gedomineerd door westerse blanke — en ik denk vooral Amerikaanse — waarden en normen voor hoe je er uit hoort te zien.
"The global beauty market is often described as dominated by Western or Caucasian ideals of beauty promulgated by the mass media and multinational players. From such a perspective, beauty practices such as skin bleaching or toning, hair straightening or surgery such as the so-called ‘correction of the negroid nose’ (cf. Edmonds 2010, 145) or ‘double eyelid surgery’ in Asia and among Asian Americans are attempts to mimic Western or Caucasian beauty ideals." [mijn nadruk] (5)
Raar dat de auteur niet meteen duidelijk maakt dat het dan ook nog eens vooral gaat om de schoonheidsidealen van westerse blanke mannen die leiden tot allerlei verwachtingen over hoe met name vrouwen er uit horen te zien.
Er komen in dit boek verschillende aspecten van het uiterlijk naar voren waar die schoonheidsidealen een rol spelen. In het citaat hierboven worden er al een aantal genoemd. Het idee dat je zelfs je huidskleur wil veranderen om het je uiterlijk van witte mensen te benaderen, vreselijk. Maar het gaat ook over het slankheidsideaal, albinisme, mensen met een handicap, en zo verder.
Er wordt nogal eens de plank misgeslagen in dit boek.
"Advertising campaigns for slimming remedies from the early twentieth century show that slimness had by then been firmly established as a beauty ideal."(50)
Dat slankheidsideaal is er dus al heel lang. Je hebt de subjectieve blik van jezelf en anderen en je hebt de objectieve kwantiteit die de weegschaal aanduidt. Hier wordt gesuggereerd dat die weegschaal als standaard een enorme invloed heeft gehad. Ik vraag me af of dat waar is. Is het dan de weegschaal die maakt dat je je te dik gaan vinden?
Je ziet jezelf in de spiegel, anderen zien je lichaam bij je in bed of aan het strand of in de sportschool of als je op een feest je cocktailjurkje draagt. Andere mensen zien misschien niet je exacte gewicht maar zien wel dat je 'bent afgevallen' of 'bent aangekomen'. En dat kan al als je een paar kilo bent afgevallen of aangekomen, afhankelijk van hoe goed mensen anderen waarnemen. Ik denk dat de weegschaal secundair is. Je hoeft iemands exacte gewicht niet te weten om iemands voorkomen te kunnen beoordelen als 'vet', 'dik', 'mager' en in lijn daarmee als '(niet) mooi', '(niet) aantrekkelijk'.
Liebelt zelf schrijft een hoofdstuk over het fenomeen in Turkije dat vrouwen hun borsten en neuzen minder opvallend laten maken via cosmetische chirurgie vanwege de mannelijke blikken.
"Against this background, my ethnographic data suggest that surgery may also be a tool for women hoping to reduce ‘dominating stares’ on their bodies by ‘normalizing’ them."(156-157)
O, het is om de mannelijke blik te vermijden dat vrouwen zich hier overgeven aan de kwellingen door (vaak mannelijke) plastisch chirurgen. In andere landen willen vrouwen juist graag die mannelijke blik over zich heen voelen glijden en laten ze hun borsten vergroten. En natuurlijk wordt daarbij zwaar gesuggereerd dat het een vrije keuze is om dat soort — vaak riskante — ingrepen te ondergaan.
Als je zo onzeker bent dat je er zo graag bij wilt horen, waar is dan de vrije keuze? Het punt is: je doet niets aan je onzekerheid, maar wel iets aan je lichaam. En uiteraard doen die plastisch chirurgen graag mee met al die pogingen om er al of niet bij te horen. Kassa!
Hoofdstuk 10 van Doreen Gordon is een van de betere artikelen in dit boek, al is ook dit een poging om onzekere verkeerde keuzes van vrouwen weer te geven als 'empowerment'. Interessant is dat de auteur er twee benaderingen in het feminisme bij haalt die elkaar nogal bijten.
"On the one hand, feminists have argued that beauty ideals and practices reflect patriarchal domination (Bordo 1993; Wolf 1991). These analyses stress slightly different arguments but seem to coalesce on the point that beauty practices act as a means of social control over the female body. On the other hand, beauty is also seen as a potentially pleasurable instrument of female agency (Cahill 2003; Davis 2013; Gimlin 2002). These writers emphasize women’s subjective experiences of beauty and how they might derive personal satisfaction from cosmetic surgery, beautification and self-stylization. This view of beauty as a tool of female agency has proved illuminating for my work, as beauty was an important means through which respondents could have an impact on their everyday experiences." [mijn nadruk] (217)
De eerste benadering is die van radicale feministes die benadrukken dat de dominantie van mannen in de samenleving vrouwen in een bepaalde richting stuurt die niet goed is voor die vrouwen. De tweede benadering is die van liberale feministes die vinden dat vrouwen zelf moeten weten wat ze kiezen, ook al is het een hoofddoek dragen of make-up gebruiken of hun borsten laten vergroten. Deze auteur volgt de laatste benadering.
Die tweede benadering is modern en individualiseert de problemen van vrouwen. Het is een benadering die te simpel denkt over 'vrije keuze' en die vergeet hoe groot de invloed is van de patriarchale samenleving.
Dit is geen goed boek. Veel hoofdstukken van dit boek stellen weinig voor of bevatten ronduit geklets. Ik denk dat editor Liebelt te kritiekloos allerlei artikelen heeft geaccepteerd, want "wij vrouwen moeten elkaar ondersteunen" of zoiets. Daarnaast gaan de onderwerpen in die selectie ook nog eens alle kanten uit.